Je moet het nemen zoals het komt, zegt ze. Ze komt van Noord. Ze woonde 35 jaar op Katendrecht. Nu ongeveer net zo lang op de Dordtselaan. Ze doet zelf haar haar, zeemt en gaat iedere avond de trap op. 38 treden. Er zitten overal slechte en goede mensen tussen. Ook bij de buitenlanders. 's Avonds kan je niet meer over straat, zegt ze. Dat was vroeger anders. Maar je moet het nemen zoals het komt.
Op haar vijftigste is ze gaan werken. Haar man was gehandicapt geraakt en ze wouden niet van de steun leven. Geen cent heeft ze, van de steun, en ze zou het niet willen ook. Ze werkte 's ochtends bij de CEMSTO, en dan bij de HAL. De grote hutten maakte ze schoon. Ook die van de koningin.
Als je goed doet, krijg je goed terug. Zei haar moeder ook al. Die verkocht vis en was Nederlands Hervormd. Haar vader was katholiek, maar zijn vader was Joods, en ze at graag een challetje met pekelvlees. Maar die zijn in Rotterdam niet meer te krijgen. Dus, als u van Amsterdam naar Rotterdam gaat, en u kán even langs Sal Meijer, wilt u dat dan eens voor haar meenemen?
