Met enige regelmaat pak ik de fiets naar de Coolsingel. Bestuurlijke overleggen, afstemmingen, partijgenootschappelijke bilateraaltjes, maar ook het bijwonen van commissie- of raadsvergaderingen behoren tot de regelmatig terugkerende praktijk van de deelgemeentebestuurder. Ik begin de bezoekjes steeds normaler te vinden: we besturen de stad immers samen. Toch heeft het lang geduurd voordat ik me er enigszins op m’n gemak ging voelen: behalve de wethouders, de burgemeester en een enkele ambtenaar ken ik er natuurlijk niemand. Bovendien: als ik er kwam moest ik me aanmelden en een dagpasje halen. Sinds er een nieuw systeem is ingevoerd is dat geen hard plastic pasje meer, maar een papiertje met een sticker. In mijn geval stond er dan Baruch e/v barosnes. robbert, op:
Sinds kort is het voor deelgemeentebestuurders mogelijk om een “echte” toegangspas te krijgen. Gisteren was de grote dag: dankzij bodes Henk en Fred mocht ik een pasje laten aanmaken. Als toegift kreeg ik een rondleiding door het gebouw, en hoorde ik verhalen over van een zeer ervaren bode over tientallen jaren omgaan met collega’s en bestuurders. Het was een erg aangename wandeling, en zo begin ik me toch een beetje thuis te voelen op de Coolsingel. Leve de bodes!
Geachte heer Baruch!
Wij missen u ook!
De bodes van het Stadhuis