Vanochtend was ik bij het miljoenenontbijt dat VNO-NCW, Randstad, Deloitte, de ING en de Gemeente Den Haag organiseerden. Ondanks dat Randstad één van de organiserende partijen was, was er onvoldoende personeel om koffie in te schenken of de jassen aan te nemen, dus het was wat chaotisch allemaal (en ik ben met honger en maar een half kopje koffie op er een paar uur later weer vertrokken), maar wel gezellig en zinnig. Onder leiding van Jeroen Smit was er een discussie tussen Bernard Wientjes, Mei Li Vos, Stef Blok en Carien van Gennip over zaken die het bedrijfsleven en de overheid raken, natuurlijk allemaal binnen het kader van de kredietkrisis, en met als aanleiding de miljoenennota. Zoals te verwachten was, werden de zegeningen van het bedrijfsleven geroemd. Er gingen stemmen op voor meer overheidssteun aan het bedrijfsleven, en werd er zelfs een voorstel gedaan om bij elk van de 20 commissies die het overheidsbeleid moeten gaan scannen op mogelijke bezuinigingen een échte ondernemer erbij te zetten. Sterk vond ik de opmerking van Wientjes dat ondernemers niet bang zijn (daar zijn ze ondernemers voor), maar wel verwachten (en terecht, volgens mij) dat een overheid visie uitstraalt en de motor van de economie ondersteunt. De betrokkenheid van het bedrijfsleven bij overheidsbeleid, moet, zoals je dat bij maatschappelijke actoren kan verwachten, vergroot!
Maar toen ik dit allemaal hoorde, en op me in liet werken en de zaal eens rondkeek, viel het me op dat 10% van de aanwezigen van vrouw was, en 0% van allochtone komaf.
Voor bedrijven die zó midden in de maatschappij staan, ligt daar wel, op zijn zachtst gezegd, een uitdaging.