Op de universiteit van Leiden promoveert Edwin Boezeman binnenkort op vrijwilligerswerk. Interessant en belangrijk, want vrijwilligerswerk is onmisbaar voor de samenleving. Ik heb het onderzoek niet gelezen, maar het artikel eromheen wel.
Eén van de uitspraken trof me:
Mensen die nog geen vrijwilliger zijn, zijn meer bereid zich in te zetten voor een organisatie als ze trots en waardering voor hun inzet verwachten. En ze zijn ook vaker van plan om als vrijwilliger te blijven werken. Om vrijwilligers te werven en te behouden is het daarom belangrijk te communiceren over het nut van het werk en de te verwachten ondersteuning. Boezeman raadt het daarentegen vrijwilligersorganisaties af om het succes van de organisatie te benadrukken. Dit doet namelijk voor de aspirant vrijwilligers af aan de verwachte gevoelens van trots, en leidt tot het idee dat de behoefte van organisatie aan nieuwe vrijwilligers niet zo groot is.
Dat kan allemaal wel zo zijn, maar mijn eigen ervaring is dat het sowieso steeds moeilijker is om vrijwilligers te krijgen. Vóór de trots komt wat anders: namelijk de kwaliteit van het vrijwilligerswerk en de toegevoegde waarde die vrijwilligers hebben. Nu heb je vrijwilligerswerk en vrijwilligerswerk, maar als het gaat om besturen, kan je niet steeds minder van vrijwilligers verlangen dat ze hele dagen in hun vrijwilligerswerk stoppen. De risico’s van het besturen worden bovendien steeds groter, vanwege de toegenomen aansprakelijkheden. Om vrijwilligerswerk te kunnen faciliteren moet daarom steeds vaker een beroep gedaan worden op professionele krachten.De tijd van meewerkende besturen is voorbij: leve de professional.
Het bedrijfsleven kan een grote bijdrage leveren door werknemers de mogelijkheid te geven om in tijdens werktijd bestuurlijk vrijwilligerswerk te doen. Het belangrijkste is dat de te besturen organisatie levensvatbaar is en een toekomst heeft; anders is het geen bestuurlijk vrijwilligerswerk, maar institutionele stervensbegeleiding.
Robbert .t.a.v de Vrijwilliger: Robbert je vergeet misschien dat veel gepensoneerden nu vrijwilliger zijn.
Dit zijn vaak mensen met veel ervaring als professionele bestuurders en anderszins.
Verder vind ik dat de politiek nu doorslaat door zoveel de nadruk te leggen en om vaak te afhankelijk te zijn van vrijwilligers (kijk naar de Wmo)
Ik ben soms geneigd om het goedkope werkverschaffing te noemen.
Veel vrijwilligers doen hum werk met liefde, dat wel.In de zorg is er geen geld meer voor.
Hierdoor wordt weer de kerkelijke liefdeszorg ontwikkeld…met alle gevolgen van dien brrr.
Je moeder.