Vanavond werd de zoveelste herziening van de Algemene
Subsidieverordening in de commissie besproken. Sommige statenleden
ergeren zich eraan dat de subsidieverordening met regelmatig wordt
gewijzigd, en anderen vinden “al die regeltjes” maar storend, en weer
anderen grijpen iedere herziening alleen maar aan om te zeggen dat de
provincie helemaal geen subsidies moet verstrekken.
Vanavond was een voorbeeld van hoe het werkt. De bezwaarschriftencommissie behandelde een bezwaarschrift (zie: leuker dan Talpa)
van iemand die zijn eigen huis aan een bedrijf verkocht (dat van hem
was, en waar hij de enige werknemer van was), om vervolgens een
stichting (waar dezelfde man de enige bestuurder van was) de aandelen
van het bedrijf over te laten nemen. Door zowel het
bedrijf als door de stichting werden bij allerlei overheden allerlei subsidies
aangevraagd voor allerlei ideele doelen. Hoewel waarschijnlijk volstrekt legaal, is dat niet de bedoeling van de
subsidieverordeningen, en dus is het terecht dat er een wijziging wordt voorgesteld.
Een ander onderdeel van de wijziging betreft het onmogelijk maken van
gemeenten om met subsidie van de provincie de verbetering van
bestuurlijke samenwerking te onderzoeken, dus daar gaan we maar eens
voor liggen. Vóór liggen, bedoel ik.