//

www.cassetoisale.com

439 views
2 minuten leestijd
Start

Die arme Sarkozy. Je kan je ook nooit eens laten gaan. Natuurlijk waren er -ahum- ook andere hele goede manieren om zijn ongenoegen te uiten, maar feit is dat je als bestuurder (in die zin is hij een collega van me) voorzichtig moet zijn met wat je zegt. De afgelopen weken ben ik druk bezig geweest met bewonersavonden over de komende Maatschappelijke Opvang op het Noordereiland. In deze voorziening komen 16 mannen begeleid te wonen. Het is de bedoeling dat deze woonvorm voor hen een stap is op weg naar zelfstandigheid.

In de voorziening komen maximaal zestien mannen van 23 jaar of ouder te wonen. Het gaat om voormalig dak- of thuislozen die afkomstig zijn uit andere voorzieningen, onder andere van het CVD. De nieuwe bewoners hebben al een grote mate van zelfstandigheid, maar hebben nog een geringe vorm van ondersteuning en begeleiding nodig voordat zij geheel zelfstandig kunnen wonen.

De voorziening mag geen overlast opleveren voor de omwonenden. Daarover worden keiharde afspraken gemaakt met het CVD, de politie en de (deel)gemeente. De deelgemeente start een beheercommissie (met politie, deelgemeente, instellingen en direct omwonenden) die erop toeziet dat de afspraken worden nagekomen.

Ik kan me goed voorstellen dat omwonenden daar meer over willen horen. Vandaar dat we een aantal avonden hebben georganiseerd waarop wij óns verhaal uitleggen, en omwonenden de mogelijkheid geven om vragen te stellen. Meestal gaat dat op een goede manier, maar er zijn ook wel eens mensen die reageren op een manier waarvan ik denk "hè kan dat nou niet anders".

Voorzichtigheid is geboden, dus, en ik probeer de nadruk te leggen op onze kant van het verhaal. De derde bijeenkomst, bijvoorbeeld, vond plaats in een school, en daar zei ik: "als je hier aan kinderen vraagt wat ze willen worden, later, zeggen ze ‘piloot’ of ‘politie-agent’ of ‘juffrouw’. Maar niemand zegt ‘ik wil op straat leven en uit prullebakken eten’. En toch zal dat -statistisch gezien- met enkele kinderen hier gebeuren. Daar kan je op twee manieren mee omgaan. Je kan zeggen ‘Eigen schuld, dikke bult. Iedereen moet voor zichzelf zorgen’, en je kan zeggen ‘Ook dat lossen we met elkaar op’. Wij kiezen voor het laatste.

Dat is een ferme en stellige uitspraak, en die wordt ook van ons verwacht. Aan die fermheid en stelligheid zijn grenzen, maar je moet uitleggen wat je doet en waarom je het doet. Volksvertegenwoordigers moeten daar (van mij, dus volstrekt arbitrair) ongeveer één-derde van hun tijd mee bezig zijn.

In dat kader is het volgende nog wel aardig; afgelopen vrijdag zat ik bij BNR in het programma links/rechts. Het ging over arbeidstijden, en de stelling was "overwerken is een zaak tussen werknemer en werkgever". Ik was tegen die stelling (je moet werknemers immers beschermen tegen werkgevers die voor een kwartje op de eerste rang willen zitten), en aan de andere kant van de tafel zat Ronald Sörensen. Tijdens de uitzending kwam ter sprake dat hij en ik toch wel behoorlijk wat tijd in onze werkzaamheden staken, en om eens te laten zien waar een Dagelijks Bestuurder zich nou de hele dag mee bezighoudt (Leefbaar Rotterdam is een verklaard tegenstander van het deelgemeentebestel), heb ik hem uitgenodigd een dagje met me mee te lopen. Wordt vervolgd!

Geef een reactie

Your email address will not be published.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Nieuwste van Blog

Nogmaals: Helderheid

Het Helderheidplein wordt officieel Helderheidplein 🙂 Vanaf het begin van de jaren ’80 was ik, scholier…